Er gaat niets boven Groningen, dat is bekend. Toch zijn er nogal wat schrijvers die in Groningen hebben gestudeerd of er zelfs geboren en getogen zijn en die stad en provincie hebben verruild voor Amsterdam. ‘Woaromdatten?’ is de vraag die centraal staat in deze nieuwe serie korte interviews.
Het is eindelijk gelukt om met een schrijver in eetcafé De Avonden in Betondorp Amsterdam af te spreken! Manik Sarkar fietst met liefde naar de Middenweg voor een eerste kennismaking met het café waar voormalig buurbewoners Reve en Cruijff levend worden gehouden. De 52-jarige debutant van de prachtige roman Ossenkop (Lees dat boek!) woont al meer dan de helft van zijn leven in Amsterdam, maar is geboren in het Oude RKZ aan de Verlengde Hereweg in Groningen en getogen net buiten de stad. Met bus en fiets overbrugt hij als tiener zes jaar lang de twaalf kilometer naar het Praedinius Gymnasium. Daarna gaat hij op kamers in Groningen en begint hij met de studie psychologie aan de RUG. Verder dan daaraan beginnen is hij niet gekomen. En gelukkig maar, want een schrijver is geboren!
Is je schrijfcarrière in het noorden geboren?
In retrospectief is de schrijver Sarkar dáár en toen geboren: in een studentenkamer aan de H.W. Mesdagstraat. De psychologiestudent Sarkar blijft al snel thuis van college en begint op een typmachine te schrijven: flarden, invallen, ideeën en adolescente twijfels. De kiemen voor zijn schrijverschap zijn al in ruime mate aanwezig in ‘natuur’ en ‘opvoeding’ want Sarkars vader is dichter en zijn moeder werkt als vertaaldocent aan de RUG. Voor hemzelf blijft ‘schrijven’ heel lang een stille wens, misschien zelfs wel een onbewuste utopie. Sarkar omschrijft zichzelf en zijn beweegredenen als een ‘zwarte doos’. Er gaat van alles in en er komt het een en ander uit, maar oorzaak, gevolg of verbanden zijn vaak niet volkomen transparant.
De gesjeesde student pakt na een jaar zijn boeltje en reist af naar India waar zijn vaders wortels liggen en waar veel familie woont. Als hij weer terugkomt in Nederland is het tijd voor een nieuwe stap en verhuist hij naar Amsterdam waar hij een kamer vindt voor f300,- per maand. We schrijven 1995.
Ben je vanwege je schrijfcarrière van Groningen naar Amsterdam getogen?
Sarkar is niet vanwege zijn schrijfcarrière naar Amsterdam vertrokken. Hij is er na meer dan twintig jaar Groningen aan toe de vleugels uit te slaan. Dat is wat de zwarte doos ingaat. Wat er uitkomt is het besef nu dat Amsterdam het middelpunt van literair Nederland is, dat de stad ‘het kloppend hart van de Nederlandse boekenwereld is’ en dat de cultureel-historische rijkdom van de omgeving inspirerend is. Zijn vader helpt hem verhuizen. Als ze aan het eind van de dag samen op een terrasje op het Leidseplein zitten, zegt pa: “Kijk, daar loopt Remco Campert.” Dat dus.
Dit wil niet zeggen dat Sarkars schrijverscarrière vanaf dan een vlucht neemt. Om de kost te verdienen wordt hij (literair) vertaler. Zo’n twintig jaar later, in het midden van zijn leven, dringt de klassieke ‘is dit alles’-vraag zich op. Hoewel het scheppend schrijven voor hem geen Heilig Moeten is, is de behoefte en wil om te schrijven altijd aanwezig gebleven. Hij neemt een kloek besluit en gaat een schrijverscursus volgen. Zijn werk wordt in 2021 opgemerkt door uitgeverij Hollands Diep en in 2024 verschijnt daar zijn debuut Ossenkop. De roman stond op de shortlist voor de Bronzen Uil-debutantenprijs en heeft een Boon- en Libris-longlistnominatie.
Is de verandering van woonomgeving inhoudelijk in je werk terug te zien?
Ossenkop speelt zich af Noord-Nederland en in Sarkars geboortedorp nabij Groningen. Lag Amsterdam maar in Groningen, quoot Sarkar de titel van een enkele decennia geleden verschenen fotoboek. Hij kijkt met veel warmte terug op zijn kinder- en tienerjaren, op het dorp en de noordelijke mentaliteit. Deze noordelijke couleur locale vormt niet voor niets het decor van zijn debuutroman. Sarkars liefde voor stad en ommeland zal niet veranderen, ook al zal een volgend boek in alle opzichten heel anders zijn.
Door: Joke Aartsen