Schrijver en liefhebber van collectief beslissen Jantine Wijnja bezocht het openingsconcert van het festival MENA is here. Zij schreef hierover onderstaande column. Ze nodigt je daarin uit ook het festival te bezoeken. MENA is here duurt nog tot 20 mei. Er staan ook literaire activiteiten op het programma.
MENA is here. Tien dagen lang buitelen muzikanten, dansers, theatermakers en kunstenaars uit het Midden-Oosten en Noord Afrika over elkaar en door Groningen heen. Dit stadje, waarvan de inwoners elkaar zo graag vertellen dat ze vooral heel nuchter zijn, is tien dagen lang speelveld voor excellentie in tonen die anders zijn dan wat we gewend zijn om te horen, in beelden die feller gekleurd zijn dan wat we gewend zijn om te zien.
Openingsconcert
Afgelopen donderdag was het openingsconcert. Ik stapte vol verwachting naar binnen. Keek uit naar het concert en naar het weerzien met mijn Syrische vriendin Heba.
Vroeger, ooit, ver voordat wij de gewoonte ontwikkeld hadden om bootjes met onze medemensen erin terug de zee op te duwen, ging ik heel graag naar de woestijn – in Marokko, in Jordanië. Het raakte mijn hart op een manier die de koolzaadvelden, hoe prachtig ze ook zijn, niet kunnen. Niet beter of sterker maar gewoon, anders. Tegenwoordig stuur ik het reisbudget liever naar de paar Europese reddingsboten die er dankzij burgerinitiatieven nog voor mensen op de vlucht zijn. Maar mijn hart mist de landschappen en de stemmen en de warmte en de smaken. Hoe luxe en bijzonder dat die geluiden, bewegingen, verhalen, beelden, smaken die ik heb gemist gewoon hier komen, bij ons, vandaag.
Overal blijdschap, verwachting en nieuwsgierigheid
In de foyer is het druk en feestelijk. Een keur aan mensen, allemaal op hun prachtigst uitgedost en iedereen geeft zijn eigen betekenis aan het woord ‘prachtig.’ Lange gewaden, chique colberts. Je mooiste hoofddoek, of juist géén hoofddoek. Een zwierige zomerhoed. Een kaftan, een cocktailjurk. En overal rennen kinderen tussendoor.
Op de gezichten – op eigenlijk alle gezichten – ligt blijdschap, verwachting en nieuwsgierigheid. Haast iedereen is een beetje opgewonden, en vindt het ook een beetje spannend. Het is een avondje uit met de ander. Voor elk van ons. Zo te zien zijn we er klaar voor.
En ineens schiet ik vol, terwijl ik met mijn drankje in de hand op Heba sta te wachten, want waarom kijken we eigenlijk niet altijd op deze manier naar elkaar uit? Reikhalzend en vol verwachting.
Heba is er nog niet. Haar telefoon is stuk, haar dochters telefoon is stuk, en de auto, die is ook stuk. Ik twijfel tussen deel uit willen maken van wat er om me heen gebeurt, en zeker willen weten dat Heba goed binnenkomt. Maar het is tijd, de zaal stroomt vol, ik wurm me langs een stel vreemden naar mijn plek en het concert begint. De telefoon gaat in de tas. Heba heeft wekenlang met twee kleine kinderen door de nacht gelopen om haar weg naar Nederland te vinden. Dan zal de Oosterpoort op donderdagavond ook wel lukken.
Cultuur opent het hart
Schrijver en mensenrechtenactivist Mohamedou Ould Slahi vertelt over het vermogen van cultuur om het hart te openen, het groter en sterker te maken, ook als dat zeer doet. Over hoe elke cultuur iets unieks te brengen heeft, iets wat een andere cultuur niet brengen kan. De culturen van MENA dus, maar, bedenk ik me – ook de onze. De Groningse, de Nederlandse, de Europese. En dan moet ik alweer bijna huilen, want op mijn zwakste momenten doet het zo zeer om te zien hoe wij anderen behandelen vanuit onze angsten, dat ik van mijn eigen cultuur alleen maar de hypocrisie en de lelijkheid kan zien. Dat dat niet hoeft volgens iemand die zelf veel heeft geleden vanwege andermans angst, geeft kracht. Als hij het mooie kan blijven zien, kan ik dat ook. En als je het mooie kan blijven zien, loop je morgen met vertrouwen tegemoet.
Dan is er muziek. Dralende muziek als een zacht briesje, opzwepende muziek. Er is verlangen en pret. De muziek stroomt uit de instrumenten en balt zich samen in dirigent Tom Cohen, die haar uitdraagt met zijn hele lichaam en met elke spier in zijn gezicht – hij is een danser, met onzichtbare draden aan elk van de muzikanten verbonden. Dit is het Noord Nederlands Orkest, speciaal voor deze productie aangevuld met topmuzikanten uit de MENA-regio. ‘Maar om samen te kunnen spelen, moeten we hier naartoe komen.’ Zangeres Dala Barnoussi heeft een stem als een rivier, en het publiek hoeft niets te doen behalve zich mee laten voeren. De kinderen die in en uit lopen, de telefoons die afgaan: ze storen niet maar versterken de ervaring.
De ander als kans
Heba stuurt me een foto van heel veel achterhoofden. ‘Ik ben hier – waar ben jij?’ In de pauze vinden we elkaar, en omhelzen. Voor deel twee kruipen we naast elkaar. Heba neuriet fragmenten van alle liedjes zachtjes mee. ‘Deze gaat over een prachtige vrouw,’ zegt ze. ‘Deze gaat over de wind.’ En, tevreden: ‘Ik vind het mooi voor jullie, hoor, dat dit hier is. Maar ik vind het ook mooi voor ons dat wij onze liedjes weer ergens kunnen spelen en luisteren. In Syrië gaat dat nu niet.’
Na het concert is er dansen – ‘maar waarom dansen de Europeanen niet mee?’
‘We moeten nog een beetje wennen, denk ik.’
MENA is here is er nog tot en met 20 mei, en er is van alles te doen. Het is een prima gelegenheid om een beetje te wennen aan het idee om de ander te zien als een kans. De optredende muzikanten, theatermaker en dansers – die gaan straks voor het merendeel weer weg. Maar al die prachtige mensen uit het publiek, wij allemaal, wat onze achtergrond ook is – wij blijven gewoon. We dragen ieder van ons kennis en schoonheid met ons mee. In klanken, in verhalen, in dansen en in smaken. Zullen we dan vanaf nu gewoon reikhalzend naar elkaar uitkijken, en elkaar welkom heten?
Foto: Marijn Broere voor Mena is here