Ga naar de inhoud

TAAL IS EEN VOLLE GEREEDSCHAPSKIST

In gesprek met Erik Bindervoet


vr, 20 feb 2026


Volgens de filosoof Wittgenstein ligt de betekenis van een woord in zijn specifieke gebruikswijze. Hij vergeleek taal met een gereedschapskist.

Woorden en hun betekenis kunnen dan worden vergeleken met de verschillende werktuigen binnenin en hun – uitermate uiteenlopende – functie en gebruikswijze.

Timmert en construeert de schrijver een huis van taal? Bouwt de dichter een Babylonische toren? Heeft de schrijver een Zwitsers zakmes dat alles samenbrengt, een soort multitool? En hoe werkt de vertaler? Op grond waarvan worden keuzes gemaakt? We vragen twee auteurs, Erik Bindervoet en Maud Vanhauwaert, om op basis van fragmenten uit hun eigen werk en dat van anderen, aan het publiek te vertellen en te laten zien welke woordgereedschappen zij inzetten.

Erik Bindervoet

Inspiratiebronnen voor Bindervoet zijn onder andere: Joyce, Beckett, Beatles, Fellini, Lynch, Hokusai, Windig & de Jong, Tjitske Jansen. In zijn gedicht ‘The importance of being speels’ komen veel van zijn overtuigingen over taalgebruik naar voren. Want: Als er niks meer is, kun je altijd nog spelen. En: Wittgenstein zei het al. Misschien kan de taal van alledag ons een eindje op weg helpen. Maar: 1 vertypte vertyfte vertikte letter kan al een wereld van verschil uitmaken. Sleutelwoord bij Bindervoet lijkt verrassing te zijn.

TAAL IS EEN VOLLE GEREEDSCHAPSKIST