Ruth Ruijgers gaat in haar teksten graag de worsteling aan met de taal. Of ze die strijd nu wint of verliest, het heeft vaak beeldende en speelse zinnen als gevolg. Gedichten schrijven is een speurtocht naar de grenzen tussen het normale en het absurde, het kinderachtige en het volwassene, het ‘zo-hoort-het’ en het ‘zo-hoort-het-niet’. Klank en ritme zet Ruth graag in als tool om een tekst extra leven in te blazen. Het doel van haar gedichten is niet dat het publiek ze begrijpt, maar dat ze iets teweegbrengen.
In Groningen werkt ze langzaam alle poëzie-podia af. Ze zit zelf inmiddels in het organisatieteam van Natte Neuzen, een van die podia, en eind vorig jaar is ze gepubliceerd in Op Ruwe Planken.
[…] De mensen zijn de posters
en stickers die koude stalen palen
versieren – verregend, verwaaid.